EE Times schrijft over de bezigheden van een groep wetenschappers die verbonden is aan de universiteit van Texas in Austin, die met steun van IBM's Austin Research Lab en een elf miljoen dollar grote subsidie van Darpa, een militaire Amerikaanse overheidsinstantie, bezig is met de ontwikkeling van processors op basis van grid-computing. Het systeem wordt Trips genoemd, wat staat voor Tera-op Reliable Intelligently Adaptive Processing System. Deze Trips-processoren bestaan elk uit zestien "execution units" die in rijen van vier gepositioneerd zijn. Prototypes van dit systeem, die elk vier Trips-processoren moeten bevatten zouden in 2005 klaar kunnen zijn.
Door de positionering van de execution units wordt de onderlinge afstand van de Trips-processoren geminimaliseerd. De ontwikkelaars van de Trips-technologie, Doug Burger en Steve Keckler, kwamen tot dit idee door het feit dat bij processoren die op zeer kleine procedées zijn gebakken (bijvoorbeeld op 0,032 micron) de vertraging die bij het verzenden van data van de cache naar de processing unit en vice versa optreedt dermate groot is dat in één klok-cycle slechts één procent van het die-gebied bereikt kan worden.
De technologie achter Trips is ook voorgesteld aan het Darpa polymorphous computer architectures-programma. De eisen voor toelating aan dit programma zijn het aanpasbaar zijn van de processoren aan verschillende applicaties en belastingen. Hiertoe worden programma's opgedeeld in "hyperblocks", stukjes instructies die één voor één op een willekeurige execution unit worden ingeladen en worden verwerkt.