Apple heeft kritieke lekken in XNU gedicht, de kernel van macOS en iOS. Een beveiligingsbedrijf trof twee soorten kwetsbaarheden in XNU aan. Met een ervan kon een aanvaller binnen hetzelfde netwerk op afstand willekeurige code uitvoeren.
Beveiligingsbedrijf Semmle trof in augustus 2018 een kwetsbaarheid aan die betrekking had op de manier waarop de netwerkcode van XNU pakketjes van het internet control message protocol, of icmp, afhandelt. Het gaat om een heap buffer-overflow, die een aanvaller in staat stelt een apparaat te laten crashen, maar waarmee een kwaadwillende ook willekeurige code op een kwetsbaar systeem kan uitvoeren, of er data aan kan onttrekken. De iPad, iPhone of Mac moet wel op hetzelfde netwerk als de aanvaller zitten, maar interactie van de gebruiker is niet noodzakelijk, wat de impact relatief groot maakt.
Apple heeft de icmp-kwetsbaarheid in macOS Sierra 10.12.6, High Sierra 10.13.6, Mojave en in iOS 12 gedicht. Volgens Semmle is het in iOS 11 nog aanwezig waarbij het advies is om te upgraden.
Daarnaast trof Semmle in mei 2018 vijf kwetsbaarheden met betrekking tot nfs, oftewel het network file system aan in macOS. Deze stellen een aanvaller in staat een speciaal vervaardigd nfs-volume te mounten op een systeem, bijvoorbeeld via een gastaccount, om verhoogde kernelrechten te verkrijgen. Omdat die rechten hoger zijn dan zelfs beheerdersrechten, krijgt een aanvaller zo het volledige beheer over een systeem.
MacOS High Sierra 10.13.5 en eerdere versies van het OS waren kwetsbaar. Apple heeft de lekken gedicht met de release van versie 10.13.6, in juli. Deze week onthulde Apple dat het de kwetsbaarheden gedicht heeft. Semmle benadrukt dat beveiligingsdeskundigen kunnen helpen de kernel op veiligheid te controleren omdat de broncode deels opensource is.