In de twee vorige blogs over SPECfp_2006 en SPECint_2006 heb ik geprobeerd om een beeld te schetsen van de rauwe rekenprestaties van verschillende processors. We hebben hierin gezien dat Power6 van IBM op dit moment zonder twijfel de sterkste speler is. Verder werd duidelijk dat een 1,6GHz Itanium dankzij zijn uitmuntende prestaties per kloktik niet veel onderdoet voor een 3,0GHz Opteron. Tot slot konden we concluderen dat zelfs Intels nieuwe architectuur nog moeite heeft om de huidige generatie van AMD te verslaan op het gebied van zwaar floatingpointwerk zoals wetenschappelijke simulaties, waarschijnlijk door een gebrek aan bandbreedte.
In dit blog gaan we kijken naar de prestaties van de processors in TPC-C, een monsterlijk zware databasetest ontwikkeld door de Transaction Processing Performance Council. De test simuleert de complete bedrijfsvoering van een distributeur met verschillende vestigingen en enorme hoeveelheden klanten en producten. De prestaties worden uiteindelijk gegeven in aantal transacties dat per minuut afgehandeld kan worden, wat kan oplopen tot in de miljoenen.
Een nadeel van de test is dat hij gevoelig is voor snelle opslag en veel geheugen. De huidige topscore - afkomstig van de hiernaast afgebeelde dubbele koelkast - is bijvoorbeeld gehaald met hulp van meer dan zevenduizend(!) 15K-rpm-schijven en twee terabyte geheugen. Daarom is het maar goed dat het ook verplicht is om de prijs van het systeem op te geven, zodat de prijs/prestatieverhouding bepaald kan worden. Sommige fabrikanten willen gewoon de allerbeste prestaties laten zien (met name HP en IBM proberen elkaar constant af te troeven), terwijl anderen juist op een goede prijs richten. Zometeen zullen we een goed voorbeeld zien van twee tests die met verschillende doeleinden zijn uitgevoerd.
De gebruikte software, met name besturingssysteem en dbms, speelt natuurlijk ook een rol. Over het algemeen wordt gekozen voor hetgeen wat het best presteert op het betreffende platform, wat voor (kleinere) x86-systemen meestal Microsoft SQL Server betekent, voor HP/Itanium vaak Oracle, en voor IBM zijn eigen DB2. Hoewel er ongetwijfeld belangrijke verschillen bestaan in de implementatie van deze pakketten, wordt uiteindelijk precies hetzelfde werk van ze gevraagd. Daarom ga ik (toegegeven, deels ook voor het gemak ) niet proberen om verschillen tussen de software te becijferen.
Omdat het uitvoeren van een TPC-C-run een bijzonder duur en tijdrovend karwei is, zijn er helaas niet zo heel veel actuele resultaten beschikbaar. Alle platforms worden wel vertegenwoordigd, maar de prijzen zijn na een halfjaar al minder actueel, en voor kleine verbeteringen in de hardware (zoals bijvoorbeeld de stap van een 2,8GHz Opteron naar 3,0GHz-model) neemt men niet eens de moeite om opnieuw te gaan testen. De TPC heeft om - onder andere - dit probleem op te lossen TPC-E ontwikkeld als opvolger van deze test. Tot nu toe is hier helaas nog maar één score voor ingestuurd, waardoor het nog niet geschikt is om mee te vergelijken.
Dual socket
De lijst voor prestaties met twee sockets wordt aangevoerd door de quadcore Xeon, die zowel op het gebied van absolute prestaties als op dat van prijs/prestatie wint, een zeldzame combinatie. De Itanium 2 ligt niet ver achter, wat gezien het feit dat deze de helft van het aantal cores heeft knap genoemd mag worden. Wel is de prijs meteen een stuk minder gunstig. Op de derde plaats vinden we IBM, dat jammergenoeg nog geen score heeft ingestuurd voor een Power5+ of Power6. De Power5-score is al behoorlijk oud en eigenlijk alleen maar opgenomen als referentiepunt: vermoedelijk zou een Power6 dit resultaat kunnen verdubbelen. Onderaan vinden we de Opteron van AMD terug, maar wel met de op twee-na-beste prijs/prestatieverhouding.
TPC-C (twee processors) | ||||
---|---|---|---|---|
Intel | Xeon X5355 | 2,66GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
Intel | Itanium 2 9050 | 1,6GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |
IBM | Power5 | 1,9GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |
Intel | Xeon 5160 | 3,0GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
AMD | Opteron 2220 | 2,8GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
TPC-C (twee processors, prijs/prestatie) | ||||
---|---|---|---|---|
Intel | Xeon X5355 | 2,66GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
AMD | Opteron 2220 | 2,8GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
Intel | Itanium 2 9050 | 1,6GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |
Intel | Xeon 5160 | 3,0GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
IBM | Power5 | 1,9GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |
Quad socket
Bij systemen met vier sockets ligt IBM al aan kop met de Power5, wat betekent dat niemand ook maar een schijn van kans maakt tegenover de nieuwe Power6. Op de tweede plaats vinden we de Itanium met een opvallend gunstige prijs/prestatie-verhouding. De chip zelf mag dan wel duur zijn, maar bij dit soort zware systemen valt de prijs van de processors vaak in het niet vergeleken met de rest wat er bij komt kijken (geheugen, opslag, software, enzovoort). Hierdoor hoeft een Itanium lang niet altijd duurder te zijn dan een Xeon, zeker niet de hogere segmenten.
Met de Xeon MP kan het twee kanten op. In de grafiek staan twee scores die heel dicht bij elkaar liggen: er is een andere database gebruikt en een iets andere versie van de processor, maar uiteindelijk is de een maar vier procent beter dan de ander. De beste score door IBM gehaald met een configuratie van 1,7 miljoen dollar, terwijl de iets mindere score vier maanden later door HP werd neergezet voor een bedrag van 'slechts' 600.000 dollar, een enorm verschil in prijs/prestatie. AMD staat wederom op de laatste positie, maar wel met een goede prijs die relatief gezien zelfs nog lager ligt dan die van hun 2S-inzending. Een machine met vier Opterons zou dus niet eens een slecht alternatief zijn voor een dual Clovertown.
TPC-C (vier processors) | ||||
---|---|---|---|---|
IBM | Power5 | 1,9GHz | DB2 8.1 | ![]() ![]() ![]() |
Intel | Itanium 2 9050 | 1,6GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
Intel | Xeon MP 7150 | 3,5GHz | DB2 9.0 | ![]() ![]() ![]() |
Intel | Xeon MP 7140 | 3,4GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
AMD | Opteron 8220 | 2,8GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
TPC-C (vier processors, prijs/prestatie) | ||||
---|---|---|---|---|
Intel | Itanium 2 9050 | 1,6GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
Intel | Xeon MP 7140 | 3,4GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
AMD | Opteron 8220 | 2,8GHz | MSSQL 2005 | ![]() ![]() ![]() |
IBM | Power5 | 1,9GHz | DB2 8.1 | ![]() ![]() ![]() |
Intel | Xeon MP 7150 | 3,5GHz | DB2 9.0 | ![]() ![]() ![]() |
De top
Puur voor de lol ben ik ook nog even gaan kijken naar de echte top. Wat zijn nou echt de ultieme databasemachines? HP en IBM zijn de enige twee bedrijven die überhaupt in de race zijn, en er is er eigenlijk maar één die tot nu toe altijd wint: IBM. Het lijkt misschien vreemd om die uitspraak te doen op het moment dat HP in zowel de prestatie- als in de prijs/
TPC-C topscores | ||||
---|---|---|---|---|
HP Integrity Superdome | 64x Itanium 2 | 1,6GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |
IBM System p5 595 | 32x Power5+ | 2,3GHz | DB2 9.0 | ![]() ![]() ![]() |
IBM System p 570 | 8x Power6 | 4,7GHz | DB2 9.0 | ![]() ![]() ![]() |
IBM eServer p5 595 | 16x Power5 | 1,9GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |
Fujitsu Primequest 540 | 16x Itanium 2 | 1,6GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |
TPC-C topscores (prijs/prestatie) | ||||
---|---|---|---|---|
HP Integrity Superdome | 64x Itanium 2 | 1,6GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |
IBM System p5 595 | 32x Power5+ | 2,3GHz | DB2 9.0 | ![]() ![]() ![]() |
IBM System p 570 | 8x Power6 | 4,7GHz | DB2 9.0 | ![]() ![]() ![]() |
Fujitsu Primequest 540 | 16x Itanium 2 | 1,6GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |
IBM eServer p5 595 | 16x Power5 | 1,9GHz | Oracle 10g | ![]() ![]() ![]() |