Inhoudsopgave- Inleiding en foto's
- Features
- AgileArray
- IronWolf Health Management
- Vergelijking
- Prestaties
- Conclusie
Via het Tweakers testpanel kreeg ik de kans om twee Seagate Ironwolf 10TB harde schijven te testen. Deze kans sla ik uiteraard niet af en ik heb mij de afgelopen dagen bezig gehouden met deze kanjers het vuur aan de schenen te leggen.
In deze review probeer ik het evenwicht te houden tussen mijn eigen ervaringen en harde cijfers. Helaas heb ik zelf geen 10TB schijven om een mooie vergelijking te maken maar hopelijk helpt deze review een aantal mensen om een keuze te maken bij het aankopen van een nieuwe schijf.
Voor ik aan deze review begon had ik nog niet gehoord van de Ironwolf reeks van Seagate. Als ik aan NAS schijven dacht moest ik automatisch aan de Western Digital Red series denken en ik vermoed dat dit voor redelijk wat Tweakers ook het geval is.
Uiteraard staat de markt niet stil en heeft ook Seagate een lijn met een aantal features die de schijf uitermate geschikt maken voor gebruik in een NAS. Hierover later meer.
We beginnen met een aantal foto's van de harde schijven.
We hebben twee harde schijven gekregen om te testen!
Het Ironwolf logo ziet er best stoer uit.
De S-ATA connectors
De onderkant ziet er vrij clean uit. Alle componenten zitten aan de binnenzijde.
Nog een foto omdat het kan.
Op het eerste zicht zou je zeggen dat de Ironwolf reeks van Seagate gewone harde schijven zijn. Ik zal hier een aantal features van de Ironwolf reeks oplijsten die hem zouden moeten onderscheiden van schijven voor desktopgebruik zoals de Seagate Barracuda reeks.
AgileArray is een reeks technieken die de schijf beter aangepast zouden moeten maken aan het leven in een NAS. Meer specifiek gaat het ondermeer om de volgende zaken:
- Efficient Error Recovery Control
- Geoptimaliseerde caching algoritmes
- RV (rotational vibration) sensoren
- Aangepast energiebeheer
- Meer duurzame actuatoren
Efficient Error Recovery Control
Deze functionaliteit houdt in dat men kan instellen hoe lang een schijf mag blijven proberen om te herstellen van een lees- of schrijffout. Als dit te lang duurt loop je het risico dat de RAID controller de schijf uit de array gooit omdat hij een te lange tijd niet responsief is. In RAID setups kan het nuttiger zijn om minder lang te proberen en de fout door het filesysteem of RAID controller te laten opvangen. Overigens komt het niet meer zo vaak voor dat een RAID controller een schijf onterecht uit de array gooit maar als het gebeurt ben je vaak wel veel tijd kwijt aan het herstellen van de array.
Geoptimaliseerde caching algoritmes
Seagate beweert dat de caching algoritmes van de schijf zijn aangepast om beter tegemoet te komen aan de schrijfpatronen die vaak voorkomen in RAID setups en bij het gebruik in een NAS. Meer specifiek zouden deze algoritmes beter moeten kunnen omgaan met meerdere streams (tot en met 64) tegelijk. Ik heb nog geen tests gedaan met meerdere clients tegelijkertijd maar heb wel Crystaldiskmark gedraaid met meerdere queues. De schrijfresultaten lagen hoger dan de leesresultaten wat verklaard kan worden door de schijfcache. Het is echter moeilijk te testen of de algoritmes van de Ironwolf schijf nu echt beter zijn dan die van andere harde schijven.
RV (rotational vibration) sensoren
De Ironwolf schijven van 4TB en groter bevatten speciale sensoren om vibraties veroorzaakt door de korte aanwezigheid van andere schijven te detecteren. Deze sensoren geven input aan de controller die de actuatoren van de schijf nauwkeurig kan aansturen om geen prestatieverlies te lijden door trillingen.
De sensoren op de printplaat van de schijf
Ik vind het mij moeilijk voor te stellen hoe dit exact zou werken en of dit in een typische NAS omgeving thuis nuttig is maar het kan zeker geen kwaad. Volgens Seagete vind je deze feature normaal gezien enkel op duurdere enterprise schijven. Tijdens het testen viel het mij op dat mijn oude Samsung Spinpoint F3 twee soortgelijke componenten op de printplaat had zitten. Wat googlewerk leert mij dat deze schijf toevallig ook RV sensoren heeft. Seagate is dus zeker niet de eerste die deze feature op niet-enterprise schijven implementeert.
Aangepast energiebeheer
Het energiebeheer van de Ironwolf schijven is aangepast om goed te werken in een omgeving waar de schijven 24/7 gebruikt worden. In de praktijk komt het er op neer dat de koppen minder snel zullen geparkeerd worden en dat de schijf minder snel zal downspinnen. Volgens Seagate is dit goed voor de responstijd van de disk en komt het levensduur ten goede. Deze claim is geloofwaardig aangezien het veelvuldig parkeren van de koppen en het down- en opspinnen van de schijven kan leiden tot snellere slijtage van deze onderdelen. Bovendien duurt het wel even eer een schijf op toeren komt en kan de responstijd wat langer zijn.
Een aantal jaren geleden gebruikten veel mensen de Western Digital Green schijven in hun NAS vanwege de gunstige prijs en het lage energieverbruik. Het bleek echter dat zonder aanpassingen deze schijven vrij snel stuk konden gaan in een NAS omgeving omdat het energiebeheer vrij agressief ingesteld was. De koppen parkeerden zich namelijk al na 8 seconden waardoor je al snel veel load/unload cycles kon hebben. Met wat aanpassingen aan de firmware was hier wel rond te werken maar het is wel fijn als het standaard goed ingesteld is.
Meer robuuste actuatoren
Seagate beweert speciale actuatoren te gebruiken die de schijf meer resistent zouden moeten maken tegen vibraties. In essentie gaat het hier gewoon om een servo motor die de schrijf/lees arm aanstuurt. Met hoge datadensiteiten is het belangrijk dat deze zeer accuraat werkt en de kleine datasporen accuraat kan uitlezen. Over de levensduur kan ik weinig vertellen dus ikk zal voorlopig maar aannemen dat er kwaliteitsonderdelen gebruikt zijn voor deze schijven.
De Ironwolf schijven ondersteunen zoals elke moderne schijf S.M.A.R.T. Dit zijn een aantal parameters waarmee een gebruiker of een systeem in de gaten kan houden of een harde schijf eventueel binnenkort zal falen. Het gaat hier om parameters zoals het aantal schrijffouten, het aantal gerealloceerde sectoren, het aantal keer dat de koppen van een schijf geparkeerd zijn, enz.
Naast deze waarden bevatten Ironwolf schijven ook nog een techniek die Seagate IronWolf Health Management heeft genoemd. Dit is een techniek die volgens Seagate meer intelligent is dan S.M.A.R.T. monitoring en meer dan 200 parameters in rekening kan brengen.
IHM werkt enkel in combinatie met een aantal modellen NAS van Synology, QNAP en ASUSTOR. Je kan je NAS dan zo instellen dat IHM je waarschuwing kan sturen indien er een storing optreedt of indien IHM de inschatting maakt dat het falen van de schijf waarschijnlijk is. Ik heb hieronder een tabel toegevoegd die toont welke boodschappen IHM toont bij een Synology NAS.
Het is interessant dat deze schijven extra analysetechnieken bevatten om de gebruiker te helpen. Jammer genoeg heb ik nog geen manier gevonden om inzicht te krijgen in de extra parameters die gemonitord worden. Dit zou nog interessante informatie kunnen opleveren. Ik ben nog van plan om Seagate te contacteren hierover.
De meeste fabrikanten van harde schijven hebben tegenwoordig wel een segment speciaal gericht op gebruik in een NAS. Ik ben jammer genoeg enkel in het bezit van een oudere WD Red van 3TB maar ik zet hier een aantal belangrijke eigenschappen van de Ironwolf schijven en hun voornaamste concurrenten naast elkaar. Het gaat hier telkens om 10TB schijven.

Het is duidelijk dat Seagate met de Ironwolf en Ironwolf Pro een offensief lanceert op de populaire Red en Red Pro schijven van Western Digital. De gepubliceerde betrouwbaarheidscijfers zijn gelijkaardig en bij beide merken is de Pro versie bedoeld voor een workload tot 300TB per jaar terwijl dit bij de gewone variant 180TB per jaar is. 180TB is al een heleboel data om in een jaar weg te schrijven dus ik denk niet dat de gemiddelde thuisgebruiker hier snel aan zal komen. Verder valt op dat de Western Digital schijven een lager stroomverbruik kennen en stiller zouden moeten zijn. We kunnen deze cijfers best wel met een korrel zout nemen want er zijn ongetwijfeld belangrijke verschillen in hoe deze cijfers tot stand gekomen zijn en de fabrikanten geven hier geen gedetailleerde omschrijving van.
Tenslotte hebben we ook nog de Ultrastar He10 schijf van HGST. Als we afgaan op de cijfers uit de specificaties van de fabrikant zou deze schijf een stuk robuuster moeten zijn dan het aanbod van Seagate en Western Digital. De annual fail rate ligt met 0,35% een stuk lager en ook de rated workload ligt met 550TB/jaar een stuk hoger. HGST biedt dan ook 5 jaar garantie net als de Pro versies van de Ironwolf en Red schijven.
Omdat de prijzen snel kunnen wijzigen zet ik hieronder de Pricewatch links voor de schijven die hierboven vergeleken worden.
pricewatch: Seagate IronWolf, 10TB
pricewatch: Seagate IronWolf Pro +Rescue, 10TB
pricewatch: WD Red WD100EFAX, 10TB
pricewatch: WD Red Pro WD101KFBX, 10TB
pricewatch: HGST Ultrastar He10 (SATA 6Gbps, 4Kn ISE), 10TB
Op het moment van schrijven is de Western Digital Red Pro schijf de duurste gevolgd door de Ironwolf Pro en de Ultrastar He10. De gewone Ironwolf is veruit de goedkoopste en bij het kopen van meerdere schijven kan dit wel serieus doorwegen in de portefeuille.
Geen review is volledig zonder een paar cijfers. Ik heb de harde schijven zowel in mijn computer getest als in een Synology DS216+II NAS. De prestaties in een NAS worden uiteraard beperkt door de NAS zelf en door de Gigabit netwerkverbinding maar geven wel een idee van wat je mag verwachten.
De testen zijn uitgevoerd met een computer met volgende specificaties.
- Core i7 920
- 9GB RAM
- Intel X25-M 80GB SSD
- Samsung Spinpoint F3 1TB harde schijf
- Marvel Yukon 88E8056 gigabit netwerkkaart
- Windows 10 Pro
Bij het plaatsen in mijn computer viel het mij op dat de schroefgaten aan de onderkant op een andere positie staan dan ik gewoon ben van andere schijven. Ik kon de Ironwolf dan ook maar met twee schroeven in plaats van vier vastmaken in mijn kast (een Antec Sonata Plus).
Op de volgende foto kan je het verschil zien in vergelijking met een oude Samsung Spinpoint F3.
Allereerst heb ik CrystalDiskMark gedraaid in mijn computer.
CrystalDiskMark aangesloten in PC
De resultaten van deze test zijn boven mijn verwachtingen, zeker als ik vergelijk met de snelheden die mijn oude 1TB schijf haalt. De harde schijf markt is duidelijk toch nog geëvolueerd op vlak van snelheid tijdens al die jaren. Dit ben ik wat uit het oog verloren door de opkomst van SSD's.
Ik heb ook ATTO Disk Benchmark gedraaid.
ATTO Disk Benchmark aangesloten in PC
Deze resultaten zien er ook prima uit. Kleine files zijn uiteraard een zwak punt van een harde schijf. Voor een NAS gaan de meeste bestanden wel groter zijn en zitten we nog met de bottleneck van de netwerkverbinding dus dat zal niet zo'n probleem zijn.
Het is tijd om de schijven in een NAS te steken. Ik gebruik hiervoor een Synology DS216+II.
De volgende tabel geeft de resultaten weer van een file copy test. De data werd gekopiëerd van en naar een RAM disk op mijn computer om er zeker van te zijn dat mijn eigen harde schijf geen bottleneck zou zijn. Ik heb gebruik gemaakt van twee verschillende soorten test data.
- 675 foto's van ongeveer 7MB per stuk
- Een groot bestand van ongeveer 4,4GB
De prestaties bij het kopiëren van foto's zijn voor mij belangrijk aangezien ik dit zeer regelmatig doe. Het kopiëren van een groot bestand heb ik erbij gedaan om te zien of er veel verschil zit in prestaties tussen meerdere kleinere bestanden en één groot bestand zoals bijvoorbeeld een film.
Ik heb het kopiëren uitgevoerd met Robocopy om de exacte overdrachtssnelheid te kunnen loggen. Ik heb dezelfde testen nog eens uitgevoerd vanuit Windows Explorer en de overdrachtssnelheid lag daar even hoog. Er zat dus geen prestatieverschil tussen beide methodes. In vorige Windows versies was dit soms wel het geval.
Resultaten met Robocopy
De resultaten liggen in de lijn van de verwachtingen. Een enkel groot bestand zorgt voor minder overhead en dus wordt de snelheid enkel nog beperkt door de gigabitverbinding. Bij het kopiëren van foto's is er wat meer overhead door het wisselen tussen bestanden en zakt de snelheid wat in. De snelheid is echter nog meer dan voldoende en komt overeen met wat ik met mijn Western Digital Red 3TB haal.
Resultaten met Windows Explorer
Zoals eerder gezegd komen de resultaten met het kopiëren vanuit Explorer grotendeels overeen. Dit is uiteindelijk de methode die ik meestal gebruik.
Ik heb ook nog eens CrystalDiskMark gedraaid met de schijven in de NAS.
CrystalDiskMark met schijven in DS216+II
Bij het vergelijken met de resultaten van uit mijn PC is het duidelijk dat de gigabit verbinding een bottleneck vormt. Opvallend is ook dat de 4k prestaties bij schrijven veel hoger liggen. Dit ligt ongetwijfeld aan het cachen van de NAS en/of harde schijf bij het schrijven. Overigens kon ik maar één run van de test draaien aangezien het draaien van meerdere runs achter elkaar zorgde voor hogere 4k leesprestaties. Dit lag wellicht ook aan het cachen van de data. Ik kan niet zeggen of dit de verdienste van de NAS is of van de schijf.
Tenslotte heb ik ook nog de temperaturen van de schijven in de gaten gehouden, zowel in mijn PC als in de NAS.
In mijn PC is niet veel airflow aanwezig. Achteraan heb ik een 120mm ventilator die aan een kleine 700rpm draait en verder heeft de voeding nog een traagdraaiende 80mm ventilator. De schijven zelf waren niet achter een ventilator geplaatst.
In de NAS daarentegen is er een 92mm ventilator achter de schijven die continu een kleine hoeveelheid lucht verplaatst. Onder belasting van de schijven en de CPU gaat deze sneller draaien om de temperatuur onder controle te houden.
Alle testen zijn uitgevoerd met een omgevingstemperatuur van ongeveer 22°C. De idle temperaturen zijn gemeten na de PC/NAS twee uur aan te laten staan zonder activiteit. De load temperaturen zijn gemeten na een half uur continu testen met CrystalDiskMark.
Temperatuur van de schijven
De idle temperatuur van de schijven valt me best mee, zeker in de NAS waar ze toch erg dicht op elkaar zitten. Onder load worden ze wel een stukje warmer maar de waarden zijn zeker niet alarmerend.
Ik heb deze schijven een goede anderhalve week intensief kunnen testen en gebruiken. Hoewel het niet mogelijk is om alle unieke features te beoordelen lijkt het wel dat Seagate hier een mooie reeks schijven heeft neergezet. De 10TB versie is significant goedkoper dan zijn rechtstreekse concurrenten terwijl de prestaties zeer goed zijn.
Bovendien zijn de schijven idle relatief stil en blijven ze goed koel. Bij intensief gebruik stijgt de temperatuur wel sterk maar dit blijkt eigen te zijn aan 10TB schijven door het gebruik van 7 platters. Bij bepaalde lees- en schrijftesten viel het mij ook op dat de schijven relatief luidruchtig zijn. Voor mij is dit geen probleem aangezien de NAS in de garage staat maar voor mensen die hem in de woonkamer zetten kan het wel storend zijn. Overigens is dit ook het geval bij de Western Digital Red 3TB die ik al had.
Een aantal medetweakers melden in hun review dat zij een aantal DOA schijven ontvangen hebben of dat hun schijven zeer snel stuk gingen. Ik kan uiteraard moeilijk een beoordeling geven op betrouwbaarheid op basis van een anderhalve week test. Ik vermoed dat de kans groot is dat er in het verleden een aantal slechte batchen geproduceerd zijn. Als men de schijven in één keer koopt krijgt men ze allemaal uit één batch en heeft men kans dat er een verhoogde uitval is. De toekomst zal uitwijzen of deze reeks schijven effectief zo betrouwbaar is als Seagate claims. Ik hoop van wel in ieder geval
Changelog:
• 21 september 2017: kleine stukken herschreven om de leesbaarheid te verhogen.
• 28 september 2017: spelfoutjes verbeterd en de inhoudsopgave uitgebreid.
• 5 oktober 2017: kleine stukjes herschreven.