Gigabyte voorzag ons van zijn RTX 3080 Gaming OC, de meest luxe variant van de fabrikant die niet binnen de high-end Aorus-lijn valt. Het is dan ook zeker geen kleintje; de kaart is zo goed als drie slots dik en meet bovendien 32cm in de lengte.
Het koellichaam behelst drie ventilatoren, waarvan de binnenste een diameter van 80mm heeft en de twee buitenste 90mm groot zijn. De middelste ventilator draait net als bij ASUS in tegengestelde richting. Een andere overeenkomst is de inzet van een grote baseplate, waarin zeven heatpipes zijn verwerkt. De geheugenchips maken contact met de baseplate via thermalpads; de vrm's worden door aparte heatsinkjes gekoeld.
Onder de naam 'screen cooling' past Gigabyte in feite hetzelfde trucje toe als Nvidia bij de referentiekaart. De printplaat is een stuk korter dan de koeler, waardoor de buitenste ventilator lucht door het koelblok en aan de achterkant van de kaart weer naar buiten blaast. Daarvoor zijn uitsparingen in de grijze backplate gemaakt.
De zelfontworpen printplaat beschikt over dertien gpu-fasen en vier geheugenfasen, waarvoor gebruik wordt gemaakt van Alpha & Omega AOZ5332QI-powerstages met een rating van 50 ampère. Omdat de printplaat korter is dan de kaart zelf, lopen er kabels van het uiteinde van de pcb tot aan de twee achtpinsconnectors waarop je reguliere peg-stroomkabels aansluit. Ten opzichte van de Founders Edition heeft Gigabyte één extra HDMI-poort aangebracht, wat het totaal op tweemaal HDMI 2.1 en drie keer DisplayPort brengt.
Op de Gigabyte-kaart komen we een schakelaar tussen de standaard 'oc mode' en een 'silent mode' tegen. Net als bij de ASUS TUF hebben we beide modi volledig getest. Ook is aan de bovenzijde van de koeler een rgb-verlicht logo verwerkt, dat je uiteraard naar eigen wens kunt configureren via de RGB Fusion-software.